Documentaire ‘Les van de leraar’ bij de avond van het onderwijs

Ik keek eindelijk de ‘Les van de leraar’ die hoorde bij de Avond van het onderwijs. Drie bevlogen leraren uit het voortgezet onderwijs worden daarin gevolgd. 

In dit blog beschrijf ik wat ik ervan opgestoken heb en wat ik wil meenemen naar mijn eigen klas.

Het begin van de les

Ga bij de deur staan als de kinderen het lokaal binnen komen. Geef een hand en noem de naam van de leerling. Ik doe dit elke schooldag. Je hebt alle leerlingen gezien, ze voelen zich ook gezien. Je kunt ook meteen de dag goed starten, door de leerling een compliment te geven, bijvoorbeeld over zijn of haar kleding.

Orde houden

1. Een van de de belangrijkste zaken om orde te houden in je klas is een band op te bouwen met je leerlingen. Dan werken ze voor jou als leerkracht. Leerlingen in deze leeftijd werken vaak nog niet voor zichzelf.
2. Vraag naar het gedrag van de leerling. Waar komt het vandaan? Waarom doet een leerling zo of op die manier? Door er naar te vragen, kom je in dialoog met de leerling.
3. Laat de leerling zelf een oplossing bedenken voor gedrag. Bijvoorbeeld boeken vergeten: wat voor oplossing ga je zelf bedenken hiervoor?
4. Geef leerlingen een keus. Bijvoorbeeld: je kunt door praten en dan na schooltijd nog een half uur les, je kunt er ook voor kiezen om nu les te krijgen en dan werk je stil.

Pedagogische tact

1. Wees voorbereid zijn op het onvoorbereide.
Zorg ervoor dat je altijd meerdere manieren in je arsenaal hebt om te reageren. Zorg ook voor verschillende manieren om naar een probleem te kijken.

2. Heb regelmatig intervisie-overleg met collega’s. Bijvoorbeeld met startende collega’s, collega’s van je bouw, of met wie je wilt.
Je kunt hier uren voor inbouwen in je taakbeleid. Bijvoorbeeld in je studie-uren.

3. Je kunt het gedrag van een leerling omdraaien door iets te doen wat de leerling niet verwacht.
Praat bijvoorbeeld mee met de leerling. Haal deze leerling uit het groepje waarmee hij of zij kletst en kletst met deze leerling, of geef hem of haar een andere verantwoordelijk. Bedenk daarbij: wat heeft die leerling nodig? Geef dat aan de leerling, zodat de rest van de klas verder werken.

Aandacht en tijd

Op verschillende momenten hebben leerlingen verschillende behoeften. Je kunt niet altijd voldoen aan alle behoeftes.

Een belangrijke afsluiter: doe als leerkracht de dingen waar je gelukkig van wordt. Geef dit ook mee aan de leerlingen.